Bart begon bij Bink in de invalpool, maar is nu het vaste gezicht bij bso-intensief* Binkies en Ziezo in Hilversum. Hij vindt het betekenisvol en dankbaar werk.
Bij Bink is iedereen in de eerste plaats mens, ongeacht de functie die je vervult. Daar voel ik me bij thuis.
“Toen ik bij Bink solliciteerde, werd ik warm ontvangen. Ondanks dat Bink een grote organisatie is, voelt het heel persoonlijk. Het contact met mijn vestigingsmanager en anderen binnen de organisatie is gelijkwaardig, en dat waardeer ik enorm. Daarnaast is het prettig dat Bink geen winstoogmerk heeft. Dat maakt het voor mij een fijne werkgever
Als Bart aan de pabo begint is hij van plan om leerkracht van groep 8 te worden. Tijdens zijn studie komt hij erachter dat hij werken op een opvang veel leuker vindt. Vooral de bso-intensief sluit goed bij hem aan: “omdat de groepen kleiner zijn dan op een reguliere bso, kun je het contact met zowel kinderen als ouders verdiepen. Er is meer tijd voor de overdracht met ouders en je weet wat er thuis speelt. Zo kun je daar beter rekening mee houden in de begeleiding van een kind.”
Op de bso-intensief bouw je echt een bijzondere band met de kinderen op. Ik vind dit heel waardevol.
“Meestal ga ik op de fiets naar mijn werk, en bij slecht weer pak ik de trein. Gelukkig liggen de vestigingen waar ik werk op loopafstand van een NS-station. Ik zorg dat ik op tijd ben om goed voorbereid te starten. Eén dag per week begin ik eerder voor observatieverslagen of administratie. Hier heb ik meer taakuren voor dan op een reguliere bso, en dat is ook nodig!
De groepssamenstelling beïnvloedt de dynamiek, dus ik wil van tevoren weten wie er zijn. Ook check ik de sfeer op school, want kinderen nemen dit mee. In overleg met leerkrachten bepaal ik de invulling van de middag. De groep varieert van vier tot tien jaar, dus ik splits activiteiten op leeftijd.
De grootste uitdaging op de bso-i is dat je altijd met twee begeleiders moet zijn. Er zijn vaak situaties waar je op moet inspelen, en dan is het fijn dat een collega de rest opvangt. Om escalaties te voorkomen, zorg ik dat sommige kinderen niet te lang samenspelen en houd ik alles goed in de gaten.
Op de bso-intensief hebben kinderen nog meer behoefte aan structuur. Bij binnenkomst maak ik duidelijke gedragsafspraken en aan het einde van de dag bespreken we of ze zich hieraan hebben gehouden.”